Zoektocht naar emotie
Ook zonder ontwerpers wordt er gewoond en ontstaan stedelijke structuren. Maar wat is dan de meerwaarde van een ontwerper? Die is per project verschillend. Ontwerpers moeten zich dus ook keer op keer bewijzen. Een ontwerper levert dat bewijs als hij er in slaagt iets toe te voegen aan de gevraagde functies, vindt Maarten van der Velde. “Betekenisvolle ruimte roept emotie op”, zegt Maarten. “Die raakt je, maakt blij of vrolijk. Het gaat er om die emotie op te roepen die past bij de functie en de gebruiker.”
Meer dan de som der delen
Welke emotie een ontwerp oproept, heeft te maken met aspecten als vorm, kleur, materiaal en licht. “Dat komt heel precies. Neem bijvoorbeeld een overhangende rotspartij. Die kan zowel een gevoel van dreiging als van geborgenheid oproepen. Als je een bouwwerk zorgvuldig inpast in de omgeving, de juiste materialen kiest en aandacht hebt voor de details, versterk je zowel het ontwerp als de locatie. Een geslaagd ontwerp is meer dan de som der delen. Het verschil is de emotie.”
Natuurlijk duurzaam
Ook duurzaamheid speelt een grote rol bij Maarten. Dat gaat over meer dan zorgvuldig materiaal- energieverbruik, legt hij uit. “Duurzaamheid staat voor respect voor de wereld en onze eigen omgeving. Een gebouw of gebied is pas duurzaam als het geliefd is, als het flexibel te gebruiken is of door de jaren heen nieuwe functies kan krijgen. Flexibiliteit is dus het motto. Want een gebouw of gebied ontleent zijn bestaansrecht aan de gebruikers. En gebruikers veranderen met de tijd.”
Een prettig proces
In elke fase van een bouwproject of een ruimtelijke ontwikkeling kan een ontwerper een belangrijke rol spelen. “Het hele proces moet prettig en zorgvuldig verlopen. Ik wil open communiceren met alle stakeholders. Sámen zoeken. Niets over het hoofd zien, de planning halen, binnen budget blijven. De balans vinden tussen product, proces en procedure. Allemaal cruciaal voor het behalen van ruimtelijke kwaliteit.”
De gebruiker centraal
Ontwerpen is een zoektocht naar de synergie van schoonheid, bruikbaarheid, en duurzaamheid, vindt de architect. “Een verblijfsklimaat moet in mijn ogen prettig, veilig en gezond zijn. Ik ga in elke situatie op zoek naar een relatie tussen gebouw en omgeving. Naar de beste balans tussen openbaar en privé. Maar waar het altijd om draait zijn de gebruikers. Een ontwerp is voor mij geslaagd als de gebruikers er blij van worden.”